Ik heb nieuwe schoenen nodig. Ik besloot naar de Nieuwendijk te gaan, waar net als in de Kalverstraat de meeste winkels open zijn. Het valt met de drukte op de Nieuwendijk nogal mee.
In een schoenwinkel raak ik in gesprek met een verkoopster. Gaat het allemaal een beetje, vraag ik, heb jullie voldoende klanten? Veel zijn het er niet, zegt ze. Sinds de toeristen niet meer komen is meer dan 80% van de verkoop weggevallen. Wij hebben meer filialen in de stad, we waren de beste verkopende, nu zijn we hekkensluiter. Mensen uit andere delen van de stad komen echt niet naar de binnenstad om hier te winkelen. Wat heb je hier nou nog? Nee, wij verkopen eigenlijk alleen maar aan toeristen. Dat geldt voor de meeste winkels hier, voegt ze eraan toe.
Dat is dus de realiteit van de middenstand in de Amsterdamse binnenstad. 80% van je omzet valt weg als er geen toeristen zijn, veel meer dan ik kon vermoeden. 80%! Zonder toerisme heeft veel van de bedrijvigheid in de binnenstad dus helemaal geen bestaansgrond meer. Ondernemers zien al meer dan tien jaar dat er veel geld valt te verdienen aan massaal toerisme en passen hun aanbod daarop aan. Dat maakt de binnenstad onaantrekkelijk voor bewoners. Wat resteert is een monocultuur. Uit de ecologie en landbouw weten we dat monoculturen weliswaar heel productief kunnen zijn, maar ook zeer vatbaar zijn voor grootschalige uitbraken van ziektes en plagen.
Het stadsbestuur zou er lering uit moeten trekken. Niet meer eindeloos praten over balans tussen wonen, werken en recreëren, maar prioriteit geven aan investeringen en maatregelen om de diversiteit en de balans in de Amsterdamse binnenstad te herstellen. Het kan, en nu is het moment.
Comments